Er is een moment tijdens het Amsterdam 750 slotfeest waar Edsilia Rombley’s stem de kathedraal-grote tent op het Museumplein vult, maar ze is er niet. Het videobeeld springt naar haar, staand bovenop de Johan Cruijff Arena, live zingend, haar stem zweeft door de stad via onze systemen. Voor één keer luister ik niet kritisch, zit ik niet mentaal frequenties bij te stellen of me zorgen te maken over latency. Gewoon kippenvel. Die stem, die presence, de brutaliteit van de hele productie - het werkte allemaal gewoon. Klonk en zag er fantastisch uit.
Dat is wat er gebeurt als je communicatie-infrastructuur bouwt die ontworpen is voor schaal. Tien antennaparen, 500 meter fiber, 200 meter cat6a kronkelend over het Museumplein, door de modder, onder podia, rond een doorzichtige tent ter grootte van fors theater. We waren er niet om specifieke problemen op te lossen - we bouwden een matrix-architectuur waar iedereen met iedereen kon praten. Show-callers die drone shots coördineren, pyro cues, de vuurwerkfinale, allemaal tegelijkertijd over meerdere kanalen. De productie had verschillende teams die elk hun eigen aspecten beheerden, en onze taak was ervoor te zorgen dat geen van hen ooit hoefde na te denken of hun stem de juiste persoon zou bereiken.
De TV-crew draaide hun eigen aparte intercom systeem - hun gebabbel is een compleet ander beest dan live productie. We hadden alleen een assistant director op onze lijnen om te schakelen tussen die twee werelden. Zelfs de audio splits voor de uitzending waren analoog gedaan, dus we deelden geen gains en vochten niet om controle. Als je zoveel RF bronnen in de lucht hebt - draadloze microfoons, IEMs, drones, broadcast feeds, onze intercom - dan coördineer je vroeg of je faalt spectaculair. We regelden de frequentieverdelingen in de laatste dagen voor de show, toen de tent en podia stonden en we fysiek met elke crew’s RF-persoon konden praten via het productiebedrijf.
Mijn rol tijdens de show was rondlopen tussen de antenne locaties, binnen en buiten, controleren of er niks voor de hand liggends mis was gegaan. Kabels losgeraakt, verbindingen beschadigd, dat soort dingen. Het gaf me tijd om stukken van de voorstelling te zien, al was ik nooit volledig ondergedompeld. Ik ben constitutioneel niet in staat om gewoon te luisteren - ik ben altijd details aan het identificeren die beter hadden gekund, mentaal de zaal aan het mixen. Maar dat Edsilia-moment brak daar doorheen.
De breek had zijn eigen poëzie, het soort dat alleen logisch is als je dit werk doet. Er is een filosofie: het is leuk omdat het niet leuk is, wat het weer leuk maakt. Kabels loskoppelen, oprollen op de haspel, dat deel is simpel. Maar 500 meter fiber door de modder slepen, onder vloersecties, onder vrachtwagens, voorzichtig 1000-ampère verdeelkasten ontwijken, daar wordt het interessant. Het beveiligingsteam had hun coördinatie-oplegger precies bovenop een aantal van onze kabelruns geparkeerd. Ze beloofden dat ze als eerste weg zouden zijn. Natuurlijk gebeurde dat niet. We trokken wat we konden onder de trailer vandaan, en wachtten toen gewoon tot ze zouden verplaatsen.
De echte karaktervormende ervaring was een tienmeter-strook voormalig Museumplein-gras dat volledig verwoest was tot dikke bruine drek. Compleet onnodig voor een prestigieus evenement met de koning en koningin op de eerste rij, maar daar stonden we dan. Elke crewlid probeerde wanhopig het te vermijden, en elke een van ons faalde omdat er simpelweg geen andere weg omheen was. Het vernielde mijn werkshoenen - niks dat een spons en schoon water niet uiteindelijk kon oplossen, maar toch. Met z’n vieren op de intercom-crew, mensen waarmee ik eerder gewerkt had, voornamelijk bij onszelf blijvend. Er is geen tijd of behoefte om gezellig te kletsen bij shows als deze. We zijn er voor ondersteuning, om ervoor te zorgen dat de onzichtbare infrastructuur nooit zichtbaar wordt.
De tent kwam uiteindelijk neer, alle kabels opgerold, de antennaparen ingepakt. Ergens daartussenin, tussen de modder en het methodische werk van het afbreken van een systeem dat net een nationale tv-uitzending met drone shots en pyrotechniek en een live feed naar iemand die bovenop een voetbalstadion zingt had gecoördineerd, dacht ik aan Edsilia’s stem die door al die complexiteit heen sneed. Daar zijn we voor - om het onmogelijke moeiteloos te laten lijken.