Afternoon of a Nymph van Dunja Jocić is een radicale herinterpretatie van Nijinsky’s Prélude à l’après-midi d’un faune uit 1912, dit keer gezien door de ogen van de nimf. Zeven dansers, een herwerkte Debussy-compositie van Jonathan Bonny: samen onderzoeken ze macht, identiteit en perceptie. In Theater Rotterdam draaide ik de voorstelling als FOH-engineer op een Allen & Heath SQ5, en mixte ik de uitvoering naar een staande ovatie.
De productie heeft een streng, industrieel karakter. Monochroom, bewust hard. Bonny’s compositie sluit daar perfect bij aan. Clicks, pops, ruis en adem worden onderdeel van de muziek, verspreid over surround-speakers in de zaal. Als die glitches om je heen bewegen, ondersteunen ze niet alleen de choreografie maar vormen ze de ruimte zelf. Het d&b-systeem in Rotterdam gaf het prachtig weer: helder over het hele spectrum, bijna vlakke EQ, geen strijd met de akoestiek. Gewoon een cleane weergave van die zorgvuldig ontworpen hardheid.
Bij deze voorstelling werkte ik nauw samen met lichtontwerper Niels Frik. Sommige cues waren via MIDI aan elkaar gekoppeld, maar veel momenten blijven handwerk. Je voelt in de zaal wanneer een danser nét iets langer blijft hangen of juist versnelt, en dan moet de techniek meebewegen. Voor die momenten hebben we onze eigen taal. Soms leidt Niels en tikt hij mij aan. Soms andersom. Dat kun je niet programmeren; dat ontstaat uit vertrouwen en herhaling, uit weten hoe de ander denkt.
Op intuïtie had ik mijn Zoom H5-fieldrecorder meegenomen, opgesteld bij de FOH-positie. Marinus Groothof, Dunja’s creatieve partner en zakelijk producent, maakte die avond een video-opname. Toen ik hem daarna sprak, bleek dat hij niet had gedacht aan de main feed. Ik bood hem mijn opnames aan: zowel de ruimte-ambiance (inloop, applaus) als de main mix, tegelijk opgenomen via de twin ADC’s. Hij was blij verrast. Voor een videoregistratie maakt juist dat stukje publiekspresentie het verschil. Het verankert de opname aan dat ene moment, het maakt het minder documentair en meer alsof je erbij bent.
Na de laatste blackout kwam het applaus meteen. Lang, oprecht, langzaam overgaand in een staande ovatie. Niels en ik keken elkaar even aan over de techniekposities. Die tikjes op de schouder hadden precies goed gezeten.